HAARLEM - Het Haarlems Filmkollektief, opgericht in 1977, heeft besloten om zijn volledige collectie van 1977 tot 2018 te schenken aan het Noord-Hollands Archief (NHA). De collectie, bestaande uit een uitgebreide verzameling van voorlichtingsfilms, documentaires, reportages en compilatiefilms, belichaamt veertig jaar aan sociale, historische en culturele waarde.

Het Haarlems Filmkollektief begon zijn reis met de productie van de korte protestfilm Flash over filmcensuur in 1977, een filmgrap die de aandacht trok van het Verenigd Nederlands Filminstituut en de tweede plaats behaalde in de categorie 'korte films' tijdens het educatieve Festikon filmfestival. De groep groeide uit tot een belangrijke speler binnen de audiovisuele sector in Haarlem, met als gangmakers Henk Maurits en Machiel Amorison.

Met een focus op niet-commerciële projecten, richtte het Haarlems Filmkollektief zich aanvankelijk op het produceren van films voor organisaties met beperkte financiële middelen, zoals wijkraden, actiegroepen en buurtinitiatieven. Later kwam de focus te liggen op voorlichtingsfilms voor culturele instellingen, onderwijs en gezondheidszorg. Gedurende veertig jaar werkten verschillende makers in verschillende samenstellingen aan meer dan dertig projecten, variërend van voorlichtingsfilms, tot reportages en documentaires.

Een van de uitschieters in de collectie is de film Jute, of de smalle marges van de politieke kunst , over een spraakmakend en controversieel Haarlems kunstenaarsproject uit 1979. De stad Haarlem stond ook centraal in de documentaire In de voetsporen van Frans Hals , die werd gemaakt ter gelegenheid van de grote internationale Frans Hals tentoonstelling in 1990. Het Haarlemse Dolhuys (nu Museum van de Geest) vormde de voedingsbodem voor een belangrijke serie films over de geestelijke gezondheidszorg.

De beslissing om de volledige collectie te schenken aan het NHA kwam na een periode van reflectie in 2019, toen de productiviteit van het collectief werd onderbroken door de uitbraak van de Coronapandemie. In de periode daarna is de collectie van 30 films door de leden van het collectief zelf volledig gedigitaliseerd. Per 1 mei 2024 wordt de collectie in zijn geheel overgedragen aan het NHA.