HAARLEM - De rechtbank Noord-Holland heeft een 39-jarige man veroordeeld voor het zichzelf bevredigen in een trein naar Haarlem terwijl hij tegenover een medereiziger zat. Dat gebeurde op 21 februari 2022. De politierechter heeft hem een taakstraf opgelegd van 60 uur.

Voorval

Op de bewuste dag ging een aantal plannen van de verdachte onverwacht niet door. Hij besloot een omweg te maken naar huis en ging in de trein tegenover een vrouwelijke medereiziger zitten. De vrouw zag dat de verdachte zijn geslachtsdeel uit zijn broek haalde en op- en neergaande bewegingen maakte. De vrouw heeft aangifte gedaan. Het voorval heeft impact op haar gehad en ze is sindsdien angstig in de trein en op straat, zo bleek uit haar ingediende vordering tot schadevergoeding.


De verdachte is twee keer eerder veroordeeld voor een soortgelijk delict. Tijdens de zitting zei de verdachte zich diep te schamen. Volgens hem heeft hij nooit geleerd met zijn emoties om te gaan en erover te praten. Daardoor kropt hij gevoelens op en moet hij de spanning kwijt. Reizen met de trein zorgt bij hem voor een bepaalde sensatie, verklaarde hij. Hij wil niet meer in herhaling vallen en vermijdt sinds het voorval de trein.


Sinds zijn laatste veroordeling vorig jaar staat hij onder toezicht van de reclassering. Ook heeft hij begeleiding van een ggz-instelling. Volgens de reclassering lukt het hem steeds beter over zijn gevoelens te praten waardoor hij de spanning niet meer zo ver opbouwt. Ook doet hij mee aan een Maatjesproject. De verdachte meent dat dit een doorbraak is in zijn ontwikkeling.

Oordeel rechtbank

De politierechter oordeelt dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het schenden van de eerbaarheid. Dat vrouwen worden lastig gevallen en op deze manier worden geconfronteerd met ongewenst gedrag, is een ernstig feit. Zeker als dat in een trein gebeurt. Het is volgens de rechter een inbreuk op de veiligheid.


Bij het bepalen van de straf, weegt de politierechter ook mee dat de verdachte schuldbewust is en zich zichtbaar schaamt voor wat hij heeft gedaan. Hij is in behandeling voor zijn problematiek en spaart zichzelf daarbij niet. Een taakstraf van 60 uur is volgens de politierechter passend.


De politierechter vindt het belangrijk dat de verdachte niet nog eens een terugval heeft. Voor zijn vorige veroordeling kreeg hij een voorwaardelijke taakstraf van 80 uur. Deze wordt nu niet ten uitvoer gelegd, maar hangt nog wel boven zijn hoofd als hij nog eens de fout in gaat. Ook wordt zijn behandeling bij de reclassering en de ggz-instelling voortgezet voor twee jaar. De vergoeding van 500 euro die het slachtoffer voor immateriële schade had gevraagd, wordt niet-ontvankelijk verklaard omdat deze onvoldoende onderbouwd is.